GeoCruiser

De oversteek, Marrakech en Tafraoute

Google Translate

Woensdag, 12 oktober 2011,
Na het verlaten van de camping reden we naar Algeciras. Van vrienden hadden we een adres gekregen waar de tickets tegen zeer schappelijke prijzen worden verkocht. En inderdaad voor €180,- kochten we er een retour ticket op een catamaran-ferry van Algeciras naar Ceuta, dit ligt aan de overkant van de Straat van Gibraltar.
Bij aankomst in de ferry-terminal was de boot net weg. Om twee uur vertrok de volgende boot. Wegens het laagseizoen waren er ferry's uit de vaart genomen. De ferry had één autodek en er was voldoende hoogte om er zonder problemen op te kunnen rijden.

Wijzelf zaten aan boord op een luxe dek met comfortabele stoelen. Uiteraard kon men er tax-free spullen kopen. Omdat Rob ernstige last heeft van zeeziekte, had hij tevoren daar goede medicatie voor ingenomen. Gelukkig heeft dat goed gewerkt. Na een zeer rustige overtocht begon het gedoe van de Spaans-Marokkaanse grensovergang.
Ceuta is een Spaanse enclave in Afrika en je rijdt eerst kilometers over Spaans grondgebied, voor je de Marokkaanse grens bereikt. Tevoren hadden we allerlei formulieren ingevuld om sneller de grens te kunnen passeren en dat was maar goed ook. Voor de grens reden we in een fuik van allerlei Marokkanen, die vertelden dat we hen nodig hadden om sneller langs de controleposten te kunnen komen en die hulp zou dan €20,- kosten. Wij hadden gehoord dat er een horde mannen hun hulp zouden aanbieden en dat het daar nou eenmaal zo werkt daar. Dus wij zijn daar op ingegaan.
Eenmaal door de controleposten heen reden we in de volgende fuik van Marokkanen die hun hulp aanboden. En dit was de fuik die we uit verhalen herkenden. Dus de eerste golf mannen waren alleen maar oplichters, die vertelden dat ze onmisbaar waren en waarschijnlijk niets voor hun geld deden. Jammer, maar we hebben er van geleerd. Formulieren die we hadden meegekregen voor de registratie van het voortuig bleken achterhaald te zijn en er moest ter plekke een nieuw formulier worden ingevuld. Uiteindelijk was alles goed. Nog even vertellen tegen de douanier dat we echt geen schietwapens bij ons hadden en we waren echt in Marokko.

Op de boot langs Gibraltar

Spaanse zuidkust vanuit Marokko gezien

En ineens zit je in de uitlopers van een bergrug. We reden over iets wat snelweg heet in de richting van Tanger. De weg werd gelukkig steeds beter.
Een ander probleem dat je steeds weer zo snel mogelijk moet oplossen als je in een vreemd land bent, hoe kom je aan het lokale geld? Bij een benzinestation konden we wat wisselen en daarmee konden we voorlopig de eerste kosten dekken. De snelweg bleek een tolweg te zijn, maar de prijzen zijn er niet zo hoog als in Frankrijk of in Spanje.

Paard en man in een bakkie Wegwijzers, bijna leesbaar

Het tijdsverschil met West-Europa is in de winter twee uur. Dat hield in dat onze dag twee uur langer werd. Dat voordeel hebben we gebruikt om nog een eind in Marokko door te rijden voor we een camping gingen zoeken.
Aan de Atlantische kust, in Moulay Bousselham vonden we een redelijk goede camping aan een lagune. Door een zeemist werd alles vochtig en zout.

Moulay Bousselham, lagune

We moesten ons natuurlijk een beetje aanpassen aan de Arabische cultuur, vooral omdat de toiletten vreemd genoeg niet gescheiden waren voor mannen en vrouwen, dan horen mannen hun vrouw te begeleiden tijdens een toiletbezoek, e.d.
Rob werd gelukkig van deze taak ontheven.

Moulay Bousselham, toiletgebouw GeoCruiser in Moulay Bousselham

Onze eerste nacht in Afrika begon bij de oproep van het avondgebed en we werden 's ochtend al om 5 uur wakker voor de oproep van het eerste ochtendgebed. We hebben ons toen nog een keer omgedraaid. We slapen in Afrika net zo goed als in Europa.
De eerste overnachting kostte ons 70 Dirham (€7,00) en dat scheelt heel wat met Europa. Het is opvallend dat na Spanje ook Marokko bij inschrijving op een camping zoveel gegevens van je worden geregistreerd. Zelf het paspoortnummer en verloopdatum van je pas moet je vermelden.
In het dorp konden we voor 3 Dirham twee stokbroden kopen en er was een bank waar we geld konden pinnen.

De volgende dag reden we over de tolweg richting Marrakech. We passeerden de hoofdstad Rabat en de stad Casablanca. Het landschap waar we doorheen reden was laagland en af en toe wat glooiend. Dit is het landbouwgebied van Marokko. In deze tijd van het jaar is alles van het land af en de natuur is verdord.
Autorijden in Marokko is een belevenis op zich, zelfs op de snelweg. Je komt er van alles tegen: wandelende mensen, fietsers, mensen die lopend oversteken, mensen die naast de auto op de rijbaan met elkaar staan te kletsen en je ziet er heel veel politie. Veel auto's worden aangehouden en gecontroleerd op inhoud. En er zijn veel snelheidscontroles. Maar met een gangetje van 90 km op de snelweg is dat voor ons geen probleem.

Aan het eind van de middag waren we vlakbij Marrakech. De Duitse campinggids, die we hadden, was onduidelijk in de beschrijving van de weg naar een camping. Uiteindelijk vonden we stenen met geverfde richtingspijlen die ons de weg wezen over een stuk steenpiste (onverharde weg).
Voor Marrokaanse begrippen schijnt camping "Le Relais de Marrakech" heel luxe te zijn. De eigenaren zijn Frans en de meeste bezoekers zijn dat ook. De overnachting kost hier 85 Dh per nacht als je geen elektriciteit neemt. Maar je krijgt veel goeds voor je geld, zoals goede toiletvoorzieningen (geen hurktoiletten), warme douches, mooi zwembad, restaurant, enz. Er is zelfs een kapper. Alleen de schaduw had wat beter mogen zijn. Maar zolang we niet als de hond van de buren onder de auto moeten gaan liggen voor een beetje schaduw, is het voor ons al snel goed. Deze dag hadden we temperaturen van rond de 35° C. Tegen de avond dreigde er een onweer, maar er vielen niet meer dan enkele spatjes regen.

Camping Marrakech huis van de eigenaar Camping Marrakech aan het zwembad

Gesprekken met andere kampeerders vinden plaats in een mengelmoes van allerlei talen. Ieder doet zijn best de ander in het gesprek in een vreemde taal tegemoet te komen.

Vrijdag, 14 oktober.
We hebben weer van een goede nachtrust genoten. De zon stond weer aan een strakblauwe hemel. Het was een rustdag voor ons. We hebben lekker wat gerust, verslag geschreven en wat klusjes gedaan.

Zaterdag, 15 oktober.
We hadden om half elf een taxi besproken bij de receptie van de camping. De chauffeur was er al toen wij een paar minuten voor de afgesproken tijd aan kwamen lopen. Met behulp van de receptioniste is er een ritprijs afgesproken van 60 Dh en we spraken ook af dat de chauffeur om half 4 ons op een bepaalde plek zou komen afhalen en terugbrengen naar de camping. De rit de stad in duurde ca. 20 minuten en we werden aan de rand van de ommuurde medina (oude stadscentrum) afgezet.

In de reisgidsen wordt geadviseerd een officiële stadsgids in te huren die ons door de soek (markt) van de medina zou kunnen leiden, want het was er te gevaarlijk om er zonder gids doorheen te lopen. We hebben in Hong Kong en Singapore geleerd met opdringerige verkopers om te gaan en voor zakkenrollers moet je overal opletten, ook in Amsterdam. Dus we hebben het er op gewaagd en zijn samen het avontuur en de soek ingedoken. De soek van Marrakech zijn wereldberoemd, dus dat beloofde wat.

Onze wandeling begon eigenlijk op het centrale plein van de medina, de Jernaa el-Fna. Noordelijk van het plein liggen de vele soek. We hebben uren in de soek rondgelopen en we hebben er heel veel leuke en mooie dingen gezien. We zagen er allerlei handwerkslieden zoals leerbewerkers, schoenmakers, muziekinstrumentmakers, de kleermakers, koperslagers en mannen die met hun handen hout ronddraaiden en met een beitel tussen de tenen het draaiende hout bewerkten. We zagen er de specerijwinkels waar je de safraan aan de kilo kon kopen en natuurlijk sieraden, handgeknoopte vloerkleden, kaftans, lampen en nog veel meer. En iedereen wil dat je hun spullen bekijkt, aanraakt en koopt uiteindelijk.
Veel verkopers bleven vriendelijk en als je duidelijk bent dan blijven ze niet aanhouden, maar sommige verkopers reageerden minder vriendelijk. Een probleem in de Arabische wereld is het fotograferen. Ethisch gezien is het zelfs in Nederland netjes om mensen tevoren te vragen of het goed is ze te fotograferen, maar in Marokko zijn ze er allergisch voor. Iedere foto die je maakt denkt men dat je hen staat te fotograferen, ook al fotografeer je hun handel of mooie voorwerpen. In een toeristische stad als Marrakech houdt het meestal in dat ze geld willen zien als je staat te fotograferen en als je ze dan wat geld geeft, dan is het nooit genoeg. Dus we hebben voorzichtig gefotografeerd.

Tussendoor zijn we een paar keer naar een restaurant geweest voor een drankje. De zwarte koffie is er heerlijk en de thé-de-menthe, de nationale drank, is er mierzoet.

Marrakech, muur om de medina Marrakech, plein Jernaa el-Fna

Last van de warmte Ruim aanbod van vruchten

Ingang van de soek Dameskleding

Water op een rijtje Belhamels

Handgeknoopt Muntthee

Het was deze dag erg warm, de temperatuur in de stad bereikte de 37° C., het is dan moeilijk voor te stellen dat het al half oktober is.

Moe en vol indrukken liepen we naar de taxi en werden we even later op de camping afgezet. We hebben een prachtige dag beleefd.

Zondag, 16 oktober.
We wilden naar het zuiden rijden, de bergen in. In de Hoge Atlas ligt het Ourika-dal met daarin een waterval aan het eind van een weg in het dorp Setti-Fatma. Voordat we Marrakech verlieten moesten we eerst vol tanken en boodschappen doen, zodat we minstens voor een aantal dagen leefvoorraad in de auto zouden hebben. Aan het eind van de ochtend zochten we ons een weg door Marrakech naar het zuiden. Dat viel niet mee want onze navigatie liet ons af en toe in de steek. Gelukkig hadden we een goede kaart en de borden zijn hier steeds ook voorzien van de plaatsnamen in het Frans.

De rit werd een compleet avontuur. Het leek wel of half Marokko vrij had en dat iedereen dezelfde plannen hadden als wij. Het was een heel erg toeristische route en er waren talloze restaurants met allemaal hun eigen verkeersregelaars, die probeerden je over te halen je auto op hun parkeerplaats te zetten en dus zou gaan eten in hun restaurant. Er waren talloze souvenirwinkeltjes en fruitkraampjes. Het verkeer wat een puinhoop want alles wat lopen kon liep op straat: ezels met karren en ezels zonder karren, spelende kinderen, fietsers, bromfietsers die hun helm aan het stuur hadden hangen en er waren vooral veel taxi's. De waterval aan het eind van de rit bleek niet meer dan een stroomversnelling te zijn en daar waar de weg, het pad en het spoor ophielden zijn we de rivier in gereden en hebben er een foto van gemaakt en zijn we omgekeerd.

Ourika-dal, zin in een wandeling? Even wat verkoeling zoeken

Onderweg in het Ourika-dal Ourika-dal

Ourika-dal, WaterCruiser Tassoultant, campingingang

Het was inmiddels te laat geworden om nog door een deel van de Hoge Atlas heen te rijden. We zijn terug gereden in de richting van Marrakech en hebben een camping gevonden twintig kilometer zuidelijk van Marrakech, in Tassoultant. Het terrein was 6 hectare groot en zoals alles hier in Marokko stond er een muur omheen, maar deze muur was wel erg hoog. Een rijke Fransman had er een grote siertuin aangelegd en er een minigolf terrein in laten maken. Verder was er een restaurant en stonden er een aantal Berber-tenten en zomerhuisjes voor de verhuur. Voor campers waren er ook enkele plekken gereserveerd. Er waren weinig gasten.

Op maandagochtend vertrokken we bijtijds voor een rit door en over de Hoge Atlas bergen. We reden weer richting het Ourika-dal en sloegen af in de richting van Tahanaoute en via Asni en Tizi-n-test bereikten we de vlakte zuidelijk van de Hoge Atlas. Het was een prachtige rit, hoe verder we van Marrakech wegreden des te rustiger werd de omgeving. Ondanks de hoge temperaturen hebben we vooral in het noordelijk deel van deze bergen erg veel groene begroeiing gezien. Prachtig waren de afgelegen bergdorpjes die als het ware tegen de berghelling aangeplakt lagen.

De eerste camping lag in Tizi-n-test maar dat ligt op ca. 2300 meter hoogte en het waaide er flink. We hoopten voor het donker de kust te bereiken en daar een camping te vinden. We hadden verkeerd gegokt en we hebben ook door het slechter worden van het weer een uur daglicht gemist. Zo doen we dat niet meer, want bezuiden de Hoge Atlas houdt men er andere verkeersregels op na dan in het noordelijke deel van Marokko.
Ineens zagen we op de snelweg volop spookrijdende verkeersdeelnemers, zoals ezelkarren, fietsers en brommerfietsers. Er werd door de middenberm heen omgedraaid, taxi's stopten op de rijweg, terwijl er een vluchtstrook was. Passagiers stapten uit op de linkerrijstrook van een twee maal tweebaans autoweg waar hondertwintig mocht worden gereden en praten midden op de autoweg schijnt prima te lukken. In de steden en dorpen werd het er niet beter op en na het invallen van de duisternis werd autorijden een hachelijk avontuur.
De vraag was niet rijden we iemand aan, maar hoeveel rijden we er aan? Gelukkig liep het allemaal goed af. Het hoort bij Afrika, fietsers hebben per definitie geen verlichting, autoverlichting staat altijd te hoog afgesteld, lopen doe je midden op de weg, enz, enz.

In de Hoge Atlas In de Hoge Atlas

In de Hoge Atlas In de Hoge Atlas

In het pikkedonker bereikten we, aan de kust ten zuiden van Agadir, de camping bij Sidi Wassay Plage. We waren er de enige gasten. Begin januari, na de feestdagen schijnt het er vol te lopen met Franse overwinteraars.

De camping is tegen het strand aan aangelegd en ligt een paar meter boven het strand. We kwamen dus in het donker aan en door de zeemist konden we de zee niet zien. Maar we konden het gebulder van de zware branding horen. Dat maakt veel indruk als je er nog geen beeld bij kunt vormen. De volgende dag zijn we er blijven staan. Rob heeft zij eerste letterlijke koude douche gehad, want de warmwatervoorziening was kapot in de herentoiletruimte. Nettie had een warme douche.

We maakten die dag een strandwandeling, we deden weer wat klusjes en we luierden wat. En in alle rust vierden we 's avonds onze trouwdag met een etentje in het campingrestaurant. We aten er het nationale gerecht "Tajine", genoemd naar de terracotta schaal met conische deksel. Het eten in die tajine wordt heel goed gaar gemaakt en eventuele verontreinigingen worden daarmee onschadelijk gemaakt. We hebben er heerlijk gegeten. Gelukkig waren er inmiddels op de camping andere gasten bijgekomen en een ander stel zat tegelijkertijd met ons in het restaurant, dat maakt het geheel wat gezelliger.

Door de vochtige zeelucht droogde ons beddengoed niet goed, dat was voor ons een rede om verder te rijden.
We wilden de Anti Atlas in. Dit gebergte ligt zuidelijk van de Hoge Atlas en het is een ouder gebergte dan de Hoge Atlas. Via de stad Tiznit reden we naar Tafraoute. Het is weer een prachtige rit geworden. De hoogste bergpas waar we overheen reden was ongeveer 1800 meter hoog. We kwamen er rotsblokken tegen die een beetje aan de Devils Marbles in Australië deden denken, want ze waren bijna rond en vele meters in doorsnee. Via een wegomleiding reden we een andere maar toch mooie route naar Tafraoute. In deze stad zijn veel campings en de concurrentie schijnt er groot te zijn. De camping die we tevoren hadden uitgekozen was verlaten en zag er erg kaal uit. Waarschijnlijk was de eigenaar gewaarschuwd, want hij kwam binnen enkele minuten op zijn brommer aangereden. Hij kon ons niet overhalen om toch te blijven.

Sidi Wassay Plage Tafraoute, Tête de Lion

Uiteindelijk vonden we een camping die er wat beter begroeid uitzag en in de campinggids er niet al te slecht af kwam. Dat was camping l'Arganier d'Ammeln, deze lag onder een rots met de naam "Tête de Lion". We kampeerden er voor €5,- per nacht inclusief warme douche. Op de camping stond nog een Frans echtpaar. Zij verkenden hun nieuwe moederland, want ze hadden een huis gekocht in Ouarzazate. Ze lieten ons op de kaart een mooie off-road piste zien tussen Boumalne-du-Dadès en N'kob. Deze piste gaan we waarschijnlijk de komende weken een keer rijden; onze plannen voor een route in de komende dagen liggen nog niet helemaal vast.

donderdag, 20 oktober.
We blijven een paar dagen in Tafraoute staan. Op camping "L'Arganier d'Ammeln" hebben ze een wasmachine en dat scheelt veel gedoe en we hebben tenslotte geen haast meer om bijvoorbeeld op tijd terug te zijn bij de baas. We zijn nu eigen baas en dat moeten we af en toe onszelf nog eens voorhouden.


Wordt vervolgd.